18 nov.
7 tips voor het geven van feedback
Wist je dat tegenover één punt van kritiek maar liefst vier of meer complimenten nodig zijn? Omdat een negatieve opmerking veel langer blijft hangen dan een positieve. Daarom geef ik in deze blog 7 tips over het geven van feedback.
- Als je feedback geeft, vraag je dan eerst af: heeft de ander hier echt iets aan? Probeer je in te leven in de ander en te begrijpen waarom iets gegaan is zoals het ging;
- Geef niet ongevraagd feedback. Sommige mensen geven ongevraagd feedback, met de mededeling: ‘Ik wil je alleen maar helpen.’ Ze doen dat eigenlijk niet voor de ander, maar vooral om zich goed te laten voelen over zichzelf. Pas daarmee op, want hierdoor plaats je je in een superieure positie. De ander steeds willen verbeteren, wordt vaak niet gewaardeerd. Als mensen feedback van jou willen, vragen ze het wel. Realiseer je dat ongevraagde feedback meestal wordt ervaren als pijnlijke kritiek en niet als ‘opbouwende kritiek’ zoals de raadgever vaak denkt;
- Als iemand ergens heel hard zijn best voor heeft gedaan, maar er zijn nog een paar details die beter kunnen, geef dan éérst waardering en lof. Waardering en lof zijn in dat geval veel belangrijker dan jouw mogelijke hooggespannen definitie van perfectie. Vraag je ook af hoe belangrijk die details nou echt zijn;
- C’est le ton qui fait la musique. Het verschil tussen opbouwende en afbrekende kritiek zit vooral in de manier waarop je iets zegt. Benoem eerst wat er wél goed ging. Probeer schaamte bij de ander weg te nemen door dingen die fout gingen te normaliseren. Bijvoorbeeld met zinnetjes als: ‘Dat had mij ook kunnen gebeuren,’ of ‘Dat is ook heel moeilijk.’ Geef vervolgens op een positieve en concrete manier aan hoe iets wellicht beter zou kunnen;
- Geef GEEN feedback op wat iemand niet meer kan veranderen en wat in de toekomst niet meer voor zal komen;
- Houd het bij het onderwerp en kraak niet de hele persoon af. Houd het bij ik-boodschappen. ‘Ik heb dat zo ervaren’, komt heel anders over dan: ‘Jij hebt dat helemaal verkeerd gedaan’;
- Vraag je altijd af wat je met de feedback wil bereiken. Het is misschien makkelijker om te zeggen wat er fout is of wat je allemaal niet meer wil, maar vaak bereik je veel meer door complimenten te geven op wat er wél goed gaat of wat je vaker zou willen zien. Als je 90% van je tijd focust op de 10% die er niet goed gaat, ga je op een gegeven moment denken dat 90% niet goed gaat. Daar wordt niemand leuker van 😉